Semuc Champey en Livingston

Onze 6e belevenis: slangen, muggen en heel veel water!
Ons eerste deel van de wereldreis zit erop. Zondag zijn we aangekomen in Antigua na een super rondje Guatemala/Chiapas (MEX). Vanuit Chichicastenango hebbben we geen shuttle genomen naar Semuc Champey, maar hebben we geprobeerd om de afstand in één dag af te leggen met colectivo’s. Dat is gelukt! We hebben slechts 4 keer hoeven overstappen. In de hooglanden van Guatemala rijden geen Chickenbussen, maar microbusjes (colectivo’s). Het is niet zo dat het in deze busjes minder druk is. In een gemiddeld microbusje worden zo’n 15 tot 25 mensen gepropt, heel gezellig! Past de hulp van de chauffeur er niet meer bij…. dan gaat hij zonder probleem op het dak. Heel apart en verantwoord!

Semuc Champey is HET paradijs. We hebben een week lang in hotel Retiro (in Lanquin) gerelaxed. Het hotel ligt aan een stromend water waarin je kunt zwemmen. Tussen Lanquin en Samuc Champay (een nationale park) is geen openbaar vervoer. Je kunt het met een georganiseerde toer doen, maar daar zijn wij te avonturistisch voor. Wij doen alles graag zelf. Naar Semuc Champey kun je ook liften. ’s Ochtends en aan het eind van de middag rijden er (als je geluk hebt) pickup trucks van en naar Semuc Champey. Je betaalt de chauffeur dan het bedrag dat het ongeveer zou kosten met het openbaar vervoer. Dat deden wij dus. We vonden het park zo mooi, dat we twee keer zijn gegaan. Het park is moeilijk te beschrijven. Het ligt midden in de jungle en bestaat uit een stuk of 15 aaneengesloten waterbedden (prozas) waar je kunt zwemmen in het turquoise water. Onder deze prozas loopt een stevig stromende rivier door een grot. Erg spectaculair. Vanuit een Mirador kun je alle prozas zien. Tijdens onze tocht naar de mirador kwamen we (volgens een bewaker van het park) een enorme giftige slang tegen. Hij was fel groen. De bewaker zag ‘m wat laat en schrok zichtbaar. Toen we dat zagen, namen wij ook maar wat afstand. Marlous niet, die wilde het beest natuurlijk op de foto zetten. Dat is gelukt zonder gebeten te worden. De bewaker noemde het beest een Barba verde. We moeten op internet nog ns nazoeken hoe gevaarlijk de slang is.

Om vanuit Lanquin naar Rio Dulce te komen, kun je dat net als ieder ander doen over een saaie asfaltweg (elke touroperator biedt deze trip aan). Op de kaart zagen we dat we ook via de bergen konden gaan. Na wat navragen, kwamen we uit bij een mannetje (Mingo, 5024042-0325, domingoasig@yahoo.com) die deze rit bijna dagelijks aanbiedt. Door mooie jungle en idylische bergweggetjes nam hij ons via El Estor mee naar Rio Dulce (uiteraard zonder geasfalteerde wegen, maar wel met fantastische uitzichten). We raden iedereen aan om het zo te doen. Mingo vond het erg leuk om over de omgeving te vertellen. In elke bergdorpje renden kinderen naar ons busje en riepen allemaal Gringo Gringo (betekent Noord Amerikaan)!

Het dorp Rio Dulce is niet zo speciaal, maar de omgeving is prachtig. We hebben geslapen in Casa Perico. Een idylische plek midden in de jungle en die alleen per boot bereikbaar is. Leuk, maar het stikte er natuurlijk van de muggen. Rob had, na 10 minuten in de hangmat gelegen te hebben, meer dan 50 muggenbeten op zijn rug. Maar zoals hij altijd zegt: “Jeuk is een keuze!”, dus heel veel last heeft hij er niet van gehad. Bij Rio Dulce ligt Finca el Paraiso. Niets meer dan een waterval met heet water dat naar beneden stort in een bergriviertje waarin je kunt zwemmen. Bizar, maar erg lekker om in te zwemmen en dat hete (helende) water te voelen. Toen we lekker aan het baden waren, begon het te stortregenen….. helaas waren we te laat bij onze tas en is alles wat we bij ons hadden kletsklieder nat geworden. Zo ook onze camera. We hopen dat deze nog wat opdroogt.

We hebben ons avontuur afgesloten met een vierdaagsbezoek aan het relaxte Livingston. In Rio Dulce hebben we de boot naar Livingston genomen (Livingston is namelijk alleen per boot te bereiken). Het was een prachttocht. Overal waar we konden kijken, zagen we groen begroeide rotsen. In Livingston hebben we vier dagen met Sarah, een leuke Canadeese meid, opgetrokken. We hebben een jungle tocht gemaakt met de kajak, heerlijk gegeten bij Maria van TilingoLingo, gedanst in de lokale disco aan de zee met de Garifunas en we hebben ons verblijf afgesloten met een bezoek aan de “Siete Altaros”. Dit kleine paradijsje heeft wat weg van Semuc Champey, ware het niet dat het een stuk kleiner is en nog dieper in de jungle ligt. Het was een waardige afsluiting van een indrukwekkende rondreis.

A.s. woensdag komen Agnes en Anja (moeder en zus van Rob) ons een week bezoeken. We zullen dan onder meer een bezoek brengen aan onze school in Alotenango!

Veel liefs van ons!